De dementerende vrouw

Als Coupeuse ontving ik eind van de zomer een opdracht om een broek voor een licht dementerende oudere vrouw te maken.

Ik werd benaderd door haar man die via een kennis mijn naam en contactgegevens doorgekregen had. Ik had een drukke periode voor de boeg met het organiseren en regisseren van Open Monumentendag in ons dorp en nadat we even kort gesproken hadden aan de telefoon, maakten we dus een kennismakingsafspraak voor een paar weken later bij hen thuis.

Kennismaken

Eenmaal zover stapte ik in de auto, benieuwd naar de heer en mevrouw waarmee ik zou kennismaken en ging onderweg. Tijdens het telefoongesprek had ik al begrepen dat de vrouw licht dementerend was. En ook dat ze al eens bij een kleermaker waren geweest, maar toch droeg mevrouw de broeken niet. Ik was dus best benieuwd naar wat en wie ik zou aantreffen.

Er werd opengedaan door de heer des huizes en hij liet me binnen. Eenmaal binnen stelde hij me voor aan zijn vrouw. Ik maakte een korte oogopname voor een snelle eerste indruk van haar;
Een lieve schat, niet al te groot en ik schat zo rond de 70 jaar. Ook geen buitenproportionele maten waar extra aandacht naar toe zou moeten. Een buikje (dat is de leeftijd en hormonen), maar niet overdreven; en een kortere lengte lange broek voor het patroon belangrijke informatie om mee te nemen.

We namen aan de eettafel plaats en ik kreeg een heerlijk kopje koffie van meneer terwijl mevrouw en ik een babbeltje maakten voor we tot het doel van de kennismaking kwamen.

Wensen en behoeften inventariseren

Ik begon met dat ze mij hadden verzocht een broek te willen maken Gewoon een broek graag. Het werd een spijkerbroekmodel, maar zonder kontzakken of lusjes.

Tijdens dat gesprek merkte ik dat na vijf minuten dezelfde terugkerende vragen, zorgen en opmerkingen weer langskwamen; de broek zou toch wel van katoen zijn he? En geen elastan en graag wit, maar groen is ook mooi want dat stond goed bij haar ogen. Ze had namelijk prachtige groene ogen 🙂
(En dat klopt, want ik mocht minimaal tien keer kijken hoe groen die ogen wel niet waren en dat ze bruine vlekjes hadden 🙂 )

Met wat humor en regelmatig dezelfde terugkerende vragen beantwoordend kon ik nog wat meer informatie achterhalen. Ze was toch wel al verder dementerend dan ik eigenlijk had verwacht dus ik twijfelde nog of ik de opdracht wel aan zou nemen. Het kon best wel eens een risico zijn. In mijn omgeving ken ik inmiddels best wat mensen die met dementie te maken krijgen en ik maak wisselende humeuren mee.
De katoenen broeken van de kleermaker kreeg ik ook te zien, daar mankeerde niets aan, dat zag er ook gewoon goed uit. Waar kon het dan aanliggen dat ze die toch niet droeg? Dat begon ik mezelf af te vragen en ik vroeg naar haar winterkleding om wat meer inzicht te krijgen. Ze liep er nu nogal zomers bij in lichte en dunne stofjes. En ze ging me voor de trap op naar haar kledingkast. Halverwege was ze alweer kwijt waarom we precies naar boven gingen en geduldig herhaalde ik dat ze me zou laten zien welke kleding ze graag draagt.

Ik schrok toen ik zag wat ze nog maar in de kast had hangen. Alle kleding (en het waren echt heel weinig kledingstukken, echt niet overdreven) was licht, dun en zacht. Wit en crèmekleurig, wat natuurlijk niet erg is en juist heel erg in de mode op dit moment.
Maar zo dun! Het was eerder geschikt om als kleding met hoogzomer te dragen als het erg warm is en zeker niet geschikt voor buiten in de herfst, winter of het vroege voorjaar.

Wat me opviel was dat het ook vooral zachte stoffen waren. Zachte jerseys, dunne meerekkende shirtjes, wat dunne breisels en alleen zomerbroeken. Katoen wordt wat zachter en soepeler naarmate je het vaker draagt en wast, maar het rekt niet mee en in de taille blijft het stug. Uit de kleding die ze droeg en die in haar kast hing kon ik opmaken dat ze vooral behoefte had aan zachtheid.

Het verschil tussen wens en behoefte

Wanneer je dementerend bent kun je ook nieuwe gevoeligheden ontwikkelen.
Je behoeften veranderen als het ware en je keert terug naar wat je kent of je behoeften geven juist aan waar je vanuit zielsbehoefte naar verlangd. In geval van mevrouw zachtheid en natuurlijkheid. Die behoefte kan juist haaks staan op waar de gedachten belang aan hechten en nog aangeven: de ingeprente gedachten of gedrag uit de jeugd (zijn na al die jaren een neurolinquistisch programmering in de hersenen geworden; een ingeprente gedachte is niet persé dus ook waarheid) krijg je er bij een dementerend persoon niet zo makkelijk meer uit. Bij een “normaal” persoon is dat al een hele kluif 😉
En daarom was het voor mevrouw zo belangrijk om een katoenen broek te krijgen, dat was in haar jeugd ingeprent en dat kreeg je er niet meer uit.

Maar het verzoek om katoen stond nu eigenlijk dus haaks op haar eigenlijke behoefte die ze zelf niet meer onder woorden kon brengen. Ik kon ook niet doorvragen, want na vijf minuten was ze volledig de weg kwijt, begreep ze het niet meer en begon weer bij wat ze zelf wel dacht te willen en te kennen; katoen.

Stofkeuze

Dit was geen project zonder risico bedacht ik me, maar ik wilde toch graag proberen mevrouw een fijne broek te bezorgen die ze wél graag zou dragen. Ik sprak af met meneer dat ik staaltjes stof zou verzamelen. Die zou ik mevrouw voorleggen en haar daaruit laten kiezen. De behoeften van haar man heb ik ook in mijn zoektocht meegenomen en daardoor dus juist ook niet voor een wolvariant gekozen, want dat zou ook weer extra wasvoorschriften met zich mee brengen.

In de winkel koos ik een stretchjeans, dikkere linnen (voelde wel ruw), een punta di roma (viscose, polyamide en wat elastan) en een hele zachte stof (100% polyester). Ik voelde veel voor de Punta di Roma, want die voelde echt fijn zacht, bestond voor het overgrote deel uit viscose en rekte iets mee, maar was wel het meest geschikt voor de winter en was voor meneer ook nog makkelijk wasbaar. Gewoon 30 of 40 graden wassen, niet in de droger en niet strijken.

De stretchjeans was te hard, die ging opzij. De stof van 100% polyester duwde ze ook gelijk weg (gelukkig :-)). En ook het linnen vond ze niet fijn aanvoelen (ik had niet anders verwacht). Maar de Punta di Roma beviel goed. Al vond ze het meerekken (5% elastan) verdacht. Ze vond namelijk heel stellig dat ze niet tegen elastan kon en uiteindelijk werd dat de keuze.
Ik heb het staaltje dus maar achtergelaten, zodat ze veel kon voelen.
Na het opmeten van haar maten voor het patroon, wat ze heel grappig vond en onwennig over zich heen liet komen ging ik onderweg om de stof en fournituren voor de broek te gaan halen.

Patroontekenen en passen

Zonder maten geen patroon en zonder patroon geen kledingstuk. Nou ja creatief gezien is er natuurlijk wel veel meer mogelijk, maar dit was maatwerk met een grote ‘M’, want dat ze kritisch zou zijn dat was me wel duidelijk, herhaaldelijk :-). En terecht. Daar wordt ook voor betaald natuurlijk.

Nadat ik het patroon had getekend en de onderdelen had geknipt, zette ik de broek met een grote steek in elkaar en maakte een pasafspraak bij hen thuis. Ik nam spelden, krijt en mijn centimeter mee. Na wat aanpassingen gespeld te hebben ben ik die thuis gaan verwerken en werd de tweede pas ingepland. Die werd goedgekeurd. De daadwerkelijke lengte werd goed afgespeld en in mijn werkkamer maakte ik de broek af.

Opleveren broek

Het opleveren van een naaiproject blijft spannend en zeker wanneer je een ingecalculeerd risico neemt door andere stof te laten kiezen dan de klant eigenlijk aangeeft. In dit geval ging het niet zozeer over de naam van de stof, maar de persoonlijke behoeften waaraan de stof moest voldoen.
En dan ben ik zo blij met het luisteren naar mijn intuïtie en mijn opleiding tot life coach; want dat heeft me onder andere geleerd verder te kijken dan wat je in eerste instantie ziet en hoort. De achterliggende behoefte proberen te achterhalen, zeker bij een klant die dat zelf niet meer kan aangeven, en dat is wat een klant als deze dame nodig heeft.

Zoveel mogelijk natuurlijk materiaal, maar wel zacht aanvoelen en ook dik genoeg om in de winter mee naar buiten te kunnen. De kleding moet mee rekken zodat het comfortabel draagt maar strak genoeg zitten zodat het niet afzakt.

Het is vreselijk om te zien wanneer ze je wantrouwend aankijkt als je zegt dat het “katoen” is, (want de naam van de stof onthoud ze niet meer en meneer wist van het hele proces hoor), maar een enorme geruststelling als je haar wel blij ziet met haar broek. Haar aan de stof ziet voelen en dat het zo fijn zacht aanvoelt en aan haar gezicht ziet dat ze de broek fijn vindt zitten en de stof prettig vindt.

We kijken het een maandje aan om te zien of de stof goed blijft bevallen. En zo ja, dan maak ik met alle liefde nog een broek in een andere kleur.
Ik prijs meneer om zijn zorgzaamheid en geduld met zijn dementerende vrouw, want hij zal in het begin regelmatig nog vragen over de stof krijgen verwacht ik. 🙂

Vanwege privacy oogpunt heb ik haar zelf niet op de foto gezet, maar hieronder vind je een paar afbeeldingen van de uiteindelijke broek/ pantalon.

En voor nu, op naar het volgende creatieve project 🙂

author-sign

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Dit vind je misschien ook leuk...

Populaire Posts...